Dokter Bibber


De ochtenden beginnen we met een ontbijt aan lange tafels met gesprekken over (1) het weer, (2) lekker geslapen en (3) moertje-boutje-nippeltje, en dat alles in een geruststellende, langzaam ontwakende cadans. Ronnie van de organisatie stuurt een onbekend object van tafel naar tafel; iedere ochtend mogen we raden met welk obscuur auto-onderdeel we dit keer te maken hebben. De ontknoping volgt telkens tijdens het ontbijt de volgende dag.

Ik kijk naar het object met een frons op het voorhoofd die even lijkt op de Vouw der Serieuze Contemplatie, maar een persoon van mijn formaat (gevalletje 'still seriously devoid of any car knowledge') kan eigenlijk alleen maar een pokerface trekken. Ik duw wat op een knopje, trek aan een veertje, draai het nog eens rond en blaas erin, trek een fictief vraagteken met een dikke punt boven mijn hoofd en geef het door aan de volgende persoon. 

Na het ontbijt volgt een uur theorie. Deze ochtend gaat het over remsystemen (trommelremmen vs. schijfremmen). Als later op de dag blijkt dat Morris voor en achter beschikt over trommelremmen, weet ik dankzij de ochtendsessie dat die bestaan uit een hydraulische cilinder met twee zuigers die zijn gevuld met remvloeistof. Twee remschoenen rusten tegen de zuigers, veren trekken en duwen deze schoenen in positie. Een aangetrokken schoen tegen de trommel is stilstand.

De trommel bedekt het geheel van zuigers en schoenen. Het is eigenlijk een deksel. Morris heeft dekselremmen. Als die niet goed werken, kan het betekenen dat de schoenen te ver van de trommel af staan. Je kunt dit afstellen zodat de afstand weer kleiner wordt. En dan was er nog iets met pedaalslagen en met een blijkbaar essentieel gegeven dat trommelremmen de warmte moeilijker afvoeren dan schijfremmen. Dus? Help? Meester Willem?

De handrem zit op de achterwielen. De kabel ervan kan uitrekken, maar ook dat is weer bij te stellen. Tot het draadje knapt. Het is net een mens. Alhoewel - binnen de keten der mobiliteit komt de Mensch in tegenstelling tot de Morrisch juist tot stilstand als het draadje knapt. Dat gaat ons, inmiddels langzaam ontwaakte bloedbroeders, niet gebeuren vandaag. We voelen ons enigszins beducht maar helemaal klaar om te sleutelen aan onze eigen magistrale machina's. 

Ik mis de 'Once Upon a Time in the West' harmonicamuziek als we bijna stofhappend de volle zon in stappen. Motor- en zonnebrandolie in de aanslag, sommigen in korte broek en sandalen voor eigen risico, anderen in overall zonder onderkleding (yes I did ask - how could one NOT ask the Scottish Kilt Question?)


De sloopauto's zijn inmiddels weer van wielen voorzien en weggesleept, alle oldtimers worden gestart, van open veld naar het sleutelterrein gedirigeerd, waar ze voor de rest van de week hun eigen plekje toebedeeld krijgen onder grote tentdoeken die ons fijn beschermen tegen de hete zon. Het is een zinderende minirally. 

Morris blijkt de oudste van het stel. Hij wordt van alle kanten bekeken en bewonderd. Ik ben er een beetje stil van. Ja, hij is eigenlijk best leuk, eentje om trots op te zijn. Kijk dat blauwe bolhoedje op wielen eens gaan, zich veilig nestelend tussen de brutale Volvo Amazon Combi van Henk en de fonkelende Triumph TR 250'jes van Nico en Mark. Benieuwd of Nico en Mark gebruik willen maken van mijn gaffertape, tie-rips en afgesleten tandenborstel. Ik kan hun toolbox in Engelse maten in elk geval goed gebruiken. No pun intended, m'dears. 

Allerhande gereedschappen van de organisatie liggen uitgestald op een grote tafel, als chirurgische instrumenten voor aanvang van een operatie. Er staat ook een bak vol moeren, bouten, ringetjes en dingetjes die we genadeloos hebben gegapt van de sloopwagens, die ontzield zullen terugkeren naar de autobelt.


Nico kijkt onder de motorkap van Morris en begint spontaan uit te leggen hoe elk onderdeel heet en wat het doet (als het doet wat het moet doen). Er gaat direct een wereld voor me open en ik voel mijn enthousiasme met de minuut groeien. Morris, ik ken je ingewanden! En straks gaan we Dokter Bibber spelen! Ik ga je begrijpen en daar waar nodig helen.
Hoop ik. 

Niet voor de muziek uitlopen; weten is zeker niet hetzelfde als doen - en de manier waarop de sloopauto’s zijn geëindigd, zal niet bepaald bemoedigend zijn geweest voor mijn moggy. Ik beloof op dat moment een betere leerling te worden, zelfs te streven naar het niveau van vakmeester. Morris mag geen enigma meer zijn, Esther geen bleu bestuurder.

Afbeelding van Dokter Bibber from ColliShopOnder de motorkap van Morris zit links een bobine (grappig woord) met een rood-witte draad =negatief en een gele draad =positief die hoogspanning levert aan een zwarte bol met tentakels als een octopus. Dat heet een verdeler. De verdeler (goedgekeurd woord) verdeelt de hoogspanning naar vier bougies. Die zitten als vier witte bordkrijtjes in het cilinderblok gestoken. De uiteinden van de tentakels van de octopus bedekt ze. En wat is dit dan. De toeter! Morris heeft een toeter van een toeter! Ideaal voor Dokter Bibber.


Het motorblok bestaat uit vier cilinders c.q. vier kamers. Je ziet ze niet, er zit een deksel op, maar ik kan met een wijsvinger langs de motor het riedeltje van gisteren nu moeiteloos volgen - Morris is ook zo ongelooflijk compact en overzichtelijk. Ik zie een soort van slagroomspuit met zwart hoedje, dat is de carburateur die een mix van lucht en benzine levert aan het motorblok, waarbinnen de kleppen, zuigers en veren wonen. De veren houden de kleppen op hun plek, mompel ik zachtjes, en Nico knikt bemoedigend. De koppakking is van kurk! Hey if it stops wine from leaking out of a bottle... Mengsel wordt via een inlaatklep toegelaten tot de vier kamers in het zenuwcentrum en volgt dankzij het ritmische samenspel tussen nokkenas en de vonkendisco van mesdames bougies een Latin dans door de kamers: 1, 3, 4, 2 cha-cha-cha. 

Maar wat doen die zuigers nou eigenlijk? De zuigers eh... trekken het gasmengsel naar binnen? Ze zitten aan de krukas (crankshaft) en trekken de brandstof de kamers binnen en na de plof duwen ze die via de uitlaatklep - die wordt bewogen door de nokkenas (camshaft) - weer naar buiten. Hmm... ze bedenkt het waar ze bij staat. 

Het aanzuigen, comprimeren, ontbranden en afvoeren heet het viertakt-principe. Ik had vroeger een Honda C50, een viertakt brommer waarvan ik niet wist dat die ook continu zo’n blijspel in vier bedrijven opvoerde. Ik kan me alleen herinneren dat die net zo oud, vrolijk gekleurd en grillig als Morris was. Sjonge. Rijd ik nou in een volwassen rehash van mijn jeugd? Dat is er toch wel eentje om over na te denken. Am I trying to be sweet sixteen again? 

Geen tijd voor filosofie, de medische wetenschap roept: Dokter Bibber is begonnen. Ik verwijder de wieldoppen, draai de bouten los terwijl de wielen nog op de grond staan, pak de krik - da’s een ontzettend eng ding, besluit mijn hoofd, maar moet die gedachte meteen laten gaan om niet gelijk vast te lopen - en vind de juiste positie om de auto te liften.


Wielen eraf, trommels eraf, remmen grijnzen me toe: joehoe, wij zijn nou trommelremmen! Ik maak de schoenen en de binnenkant van elke trommel schoon, door ze op te schuren en in te spuiten met remmenreiniger - een wondermiddel voor talloze toepassingen, leer ik later. Met een blauwe papieren doek neem ik de reiniger goed af voordat het vervliegt, en stofdeeltjes verdwijnen mee.

Ik zie twee grease points (nippeltjes die ingevet moet worden) die normaliter verstopt liggen achter het wiel, één net boven het wiel en één achter de rem. Note to self: ik moet al deze punten opzoeken en ingevet houden. 

Gelaten ondergaat Morris zijn schoonheidsbehandeling. Dokter Bibber houdt zich koest. Ik draai de schoenen met een boutje helemaal tegen de trommel, sluit die en zie door het kijkgaatje waar de boutjes zich bevinden (net boven de veren) waarmee ik de remschoenen een fractie van de drum af kan draaien. Zo - die moet weer remmen als een tierelier. 

Ik zie een enorme buis onder de auto doorlopen. Dit is de cardan-as (prop shaft). Haaks daarop tussen de achterwielen zit een soort van grote - in Morris' geval roestige - soepkom: het differentieel (differential) ofwel het evenwichtsorgaantje van de auto. Omdat tijdens het maken van een bocht de binnenste wielen minder rotaties maken dan de buitenste wielen, corrigeert een differentieel het verschil. Die van Morris schreeuwt om een grote schoonmaak. Gaan we doen. 

Een to-do lijstje is in de maak en ik ga helemaal los. Of eigenlijk gaat Morris helemaal los en hoop ik vurig dat dit geen falende IKEA-activiteit wordt. Ik geef me er volledig aan over en de dag vliegt om. Via Ronnie bestel ik nieuwe contactpuntjes, bougies en differentieel-olie (Ronnie heeft een fantastische deal met de lokale Brezan gesloten om tegen korting en veelal nog dezelfde dag vloeistoffen en onderdelen te laten bezorgen zodat wij lekker door kunnen). 

Wat een avontuur - ik wil hier nooit meer weg en bedenk hoe ik dit aan de groep ga overbrengen. Ze moeten natuurlijk allemaal blijven. 





© Esther Gotink

Reacties

Populaire posts